перспекти́ва f ( arts. ; v. úitzicht, voorúitzicht) perspectíef het ; (op tóekomst) tóekomstperspectief het , voorúitzicht het пе́ред на́ми открыва́ются но́вые перспекти́вы на бу́дущее — er ópenen z. nieuwe perspectieven voor ons; в перспекти́ве — in de tóekomst; чертёж в перспекти́ве — tékening in perspectíef