ни́ пя́ди (не уступи́ть) — geen duimbreed/míllimeter (wíjken/ tóegeven);
семи́́ пя́дей во лбу Spreek. — koppie koppie [hébben], een goed stel hérsens [hébben], een slimme rékel [zijn], niet op z'n achterhoofd gevallen [zijn], zo wijs als Salomo [zijn]