Русско-голландский словарь ПЛАЧ m 1 gehúil het , gejammer het , geschréi het , gewéeklaag het , gewéen het ( v. mens) взять пла́чем Spreek. ( — met schréeuwen (húilen)) z'n zin kríjgen; Стена́́ пла́ча — de Klaagmuur ● 2 rouwgezang het , kláagzang, tréurzang