( adv. ) onderwég до́рого́й
adj
1 duur, príjzig;
wáardevol, kóstbaar
брать до́рого с [2] за [4] ( lett. ) — iem. duur láten betálen voor;
я до́рого бы дал, е́сли — ik gaf een lief ding, als;
э́то доро́же де́неѓ — dat is z'n gewicht in goud waard;
до́рого (за)плати́ть за [4] ( lett. / ovdr. ) — een hoge prijs betálen voor [de vríjheid e.d. ];
себе́́ доро́же Spreek. — daar benadeelt hij voorál zichzélf mee;
дорога́ ка́ждая секу́нда́ — elke secónde telt;
э́то дорого́го сто́ит́ — dat is wáardevol, dat is belángrijk;
сто́ить/ обходи́ться́ до́рого [3] — iem. veel geld kósten;
дорогая цена́́ — hoge prijs;
доро́гой цено́й́ завоева́ть свобо́ду — de vríjheid tégen hoge prijs bevéchten
●
2 díerbaar, lief;
(als
он мне доро́г — hij is mij díerbaar/lief;
как са́мых дороги́х госте́й ( v. — ontvángst/ onthaal) vórstelijk;
дороги́е друзья́! — béste vrienden!;
е́сли тебе́ дорога́ жизнь́ — als je léven je lief is;
дорогая моя́!́ — lieve meid!;
э́та кни́га мне дорога́ как па́мять́ — dit boek is voor mij een díerbaar aandenken;
дороги́е това́рищи! ( — in Su: m.b.t. partijleden, arbeiders, etc. ) béste kameraden!