n
wónder het
ди́ву дава́ться Spreek. — verstéld staan;
на ди́во Spreek.
1 (bij adj. of adv. ) verbazingwékkend, onwaarschíjnlijk, buitengewoón, ongelófelijk
2 (met vb.) bijzónder goed, uitstékend
●
3 (als
4 (als
5 (met vb.) ontzéttend/ongelófelijk veel;
на ди́во хорошо́ Spreek. mirákels goed;
что за ди́во ! Spreek.
2 dat is niets bijzonders!