БЛАГОДАРНОСТЬ: значение слова

благода́рность
f
) dánkbaarheid, dank. erkéntelijkheid ((jégens/tegenóver voor))
в благода́рность за [4] — als dank voor;
в знаќ благода́рности — als blijk van dank;
испы́тывать́ чу́вство благода́рности — dánkbaarheid vóelen;
объяви́ть́ благода́рность [3] — z'n dánkbaarheid betúigen aan …;
рассыпа́ться́ в благода́рностях — z. in dankbetuigingen úitputten;
приня́ть с бла́годарностью — in dank/ónder dánkzegging ontvángen;
сло́во́ благода́рности — woord van dank;
не сто́ит́ благода́рности — geen dank!, graag gedáan, niets te dánken, tot uw dienst