verschríkkelijk
( angstaanjágend: v. berícht, blik, v. droom, v. persóon; stem, tóestand, áanblik, gezícht, weer etc. ; m.b.t. intensitéit: kou, storm, móeheid; metonym. ) ужа́сный; ( sterker ) жу́ткий; ( v. verschijnselen: ook ) Spreek. кошма́рный; ( v. áanblik, toneel, beeld: ook ) ужаса́ющий; ( weerzinwékkend ) отвратительный
Ivan de Verschrikkelijke — Ива́н Гро́зный;
verschríkkelijk om aan te dénken — стра́шно /жу́тко/ Spreek. кошма́рно поду́мать;
de zaak is verschríkkelijk eenvóudig — де́ло соверше́нно / Spreek. ужа́сно просто́е;
gewoonwég verschríkkelijk, zo moe als ik ben Spreek. — у́жас / Stijl. сил нет, до чего́ я уста́л;
verschríkkelijk saai ( v. persóon, boek e.d. ) — скучне́йший;
ik vind de dood niet verschríkkelijk — мне не страшна́ смерть, я не чу́вствую у́жаса пе́ред сме́ртью;
het is toch verschríkkelijk ! Spreek. ( — ведь) э́то же у́жас!; Spreek. пря́мо у́жас (како́й-то)!; Stijl. жуть кака́я!;
is dat nu zo verschríkkelijk ?! — ра́зве э́то так стра́шно?!;
het is verschríkkelijk zoáls hij scheldt — у́жас / Spreek. кошма́р / Spreek. жуть, как он руга́ется
Начните вводить слово: