mélden
( médedelen, in de média ) сообщи́ть ( iets [4] /о [6]; aan [3] ); (de áankomst e.d. , bezóek) доложи́ть ( iets о [6]; aan/bij [3] ); ( mil. e.d. : bevindingen dóorgeven) донести́, рапортова́ть pf / if ( iets о [6]; aan /bij [3] )
zijn aanwézigheid mélden — дать о себе́ знать, объяви́ть о своём присутствии́;
eerst mélden,' — без докла́да не входи́ть!;
niets te mélden — никаки́х происше́ствий не произошло́; ( mil. rádio ) нагру́зки нет;
iem. /iets bij de polítie mélden — заяви́ть в поли́цию о [6]; ( áangeven, verráden ) донести́ на [4] в поли́цию;
het verlíes van iets mélden bij de polítie — заяви́ть в полицию о пропа́же;
uit Parijs wordt gemeld — из Пари́жа сообща́ют;
zich́ mélden bij (de geméente e.d. ter registrátie) — регистри́роваться/зарегистри́роваться у [2], отме́титься у [2]; ( verschíjnen bij ) яви́ться if к [3]; ( voor een verblíjfsvergunning, wóning ) прописа́ться ( bij een instántie в [6]; bij personen — у [2] );
z. bíjzijn onderdeel mélden — доложи́ть о себе́/о своём прибы́тии в свою́ часть;
meldt u z. (maar) bij de bedríjfsleider — доложи́те управля́ющему о своём прибы́тии;
z. mélden bij de polítie ( v. schul dige) — сда́ться в руки́ поли́ции;
z. mélden voor werk bij (bij wínkel, fabríek) — отме́титься для рабо́ты в / на [6]; ( bij iem. ) отме́титься для рабо́ты у [2];
z. mélden bij íemand (voor examen e.d. ) — пода́ть заявле́ние о допуще́нии к [3];
z. vrijwíllig mélden voor — вы́зваться на [4];
z. ziek mélden — доложи́ть о свое́й боле́зни; ( ais voorwendsel ) сказа́ться pf больны́м
Начните вводить слово: