( pf ; if посвяща́ть)
1 ([4] в [4]) iem. ínwijden in [gehéim, kneepjes v.h. vak]
посвящённый — íngewijde;
посвяти́ть [4] в за́говор́ — iem. in een sámenzwering betrékken
●
2 ([4] [3]) [léven, boek, monumént] wíjden, tóewijden, [boek, monumént] ópdragen (aan);
[krachten, tijd] bestéden aan, z. in dienst stéllen van
посвящённый Бо́гу́ — godgewíjd;
собра́ние,́ посвящённое [3] — vergádering die in het téken staat van
●
3
посвяти́ть в ры́цари — tot rídder slaan, rídderen;
посвяти́тьв свяще́нники