подхо́д m 1 nádering, snelle/op hánden zijnde komst, áanloop одна́ко э́то был то́лько подхо́д к [3] — dit was échter alléen een áanloop tot …; на подхо́де — op komst; ждать подхо́да подкрепле́ния́ mil. — wáchten op de nádering/komst van verstérking ● 2 benádering, áanpak к нему́ тру́дно найти́ подхо́д — hij is móeilijk te benáderen; име́ть́ подхо́д к [3] — met iem. wéten om te gaan ● 3 dóorgang, tóegang удо́бный подхо́д к реке́ — goede dóorgang naar de rivíer ● 4 sport. poging